MARCH VERSUS (C)ABCD ACRONIEM Gaat het om de vorm of de inhoud?
In tactical medicine wordt tegenwoordig het acroniem MARCH gehanteerd in plaats van het CABCD acroniem. Het ABCD acroniem komt vanuit de Advanced Trauma Life Support (ATLS) doctrine (1976). Omdat militair de meest voorkomende oorzaak van onnodig overlijden verbloeding betrof werd er een C voor gezet die staat voor “Catastrophic Bleeding”. Wanneer je de twee acroniemen nader beschouwt, dan zijn er weinig verschillen. Het enige (en heel belangrijke) opvallende verschil is dat hypothermie preventie zichtbaar is opgenomen in het eerste onderzoek algoritme.
Waar het uiteindelijk om gaat is de inhoud die gegeven wordt aan zo’n acroniem.
Al in 2004 leerden militaire medics een op de CABCD volgorde gebaseerd algoritme aan dat verdacht veel lijkt op de invulling die TCCC aan het MARCH acroniem geeft.
Vanaf het allereerste moment deed de medic er alles aan om te voorkomen dat een trauma slachtoffer zou afkoelen en indien er samengewerkt werd, dan werden zaken als voorkomen van onderkoeling en koelen van bijvoorbeeld brandwonden naar voren gehaald. In het Zakboek Medic-SF van 2015 werd het MARCH acroniem al gehanteerd.
Een acroniem is niet meer of minder dan een geheugensteuntje om de prioriteit van handelen makkelijk te onthouden en te automatiseren en vaak wordt er creatief gezocht naar woorden waarvan de beginletters samen een aansprekende term vormen. In dat kader is het gebruik van twee keer de letter C in het CABCD misschien wat verwarrend. Echter wanneer je thuis bent in tactisch medisch hulpverlening, dan kan vrij makkelijk geschakeld worden tussen CABCD en MARCH.
Niet het acroniem waarnaar het TCCC is overgeschakeld, namelijk van CABCD naar MARCH is vernieuwend, maar de inhoud die is afgestemd op het werken in een niet veilige tactische setting. Hieronder een korte verdieping van de overeenkomsten en verschillen tussen CABCD en MARCH:
De C van Catastophic Bleeding en de M van Massive Hemorrhage
Definities van catastrofaal zijn onder andere: rampzalig, noodlottig, dodelijk, funest.
En “massive bleeding” wordt vertaald als “enorme bloeding”. Beiden gaat over bloedverlies dat kan leiden tot levensbedreigende situaties en beiden richten zich daarbij op uitwendig bloedverlies, hoewel inwendig bloedverlies even snel kan leiden tot direct levensbedreigende situaties. Veel firstresponders beschikken echter niet over de kennis, vaardigheden en middelen die nodig zijn om in geval van inwendig bloedverlies direct levensverlengend/reddend in te grijpen.
Of een bloeding wel dan niet een dodelijke afloop kent hangt af van vele factoren:
· Hoeveel bloed wordt er per tijdseenheid verloren?
· Hoe lang duurt de bloeding al?
· Hoeveel bloedvolume heeft het slachtoffer?
· Hoe snel kan het bloedverlies definitief gestopt worden?
Vandaar dat binnen de eerste hulpverlening vaak gesproken wordt over “actief bloedverlies”. Immers iedere verwonding zowel inwendig als uitwendig kan leiden tot actief bloedverlies en indien bloedverlies blijft doorgaan kan dat uiteindelijk resulteren in een levensbedreigende situatie.
Het menselijk lichaam is tot op zekere hoogte in staat om bloedverlies te compenseren en ondanks het bloedverlies voldoende bloeddruk te behouden om het nog beschikbare bloed te blijven rondpompen naar in ieder geval de vitale organen. Op een gegeven moment (in ATLS vanaf shock klasse 3), is het lichaam niet meer in staat om het bloedverlies voldoende te compenseren en daalt de bloeddruk die nodig is om het bloed voldoende rond te pompen. Het is in de tactische prehospitale situatie niet makkelijk om, wanneer je bij een slachtoffer komt, direct goed in te schatten hoeveel bloed er al verloren is gegaan. Die inschatting wordt in onder TCCC gemaakt door te kijken naar:
• Hevig bloedverlies uit wond (pulsatie of continue)
• Bloedplas zichtbaar op ondergrond
• Kleding doordrenkt met bloed
• Reeds aangelegde bandages doordrenkt met bloed
• Traumatisch amputatie arm/been
• Was er sprake van een bloeding en slachtoffer is nu koud/klam/bleek/angstig/verward/bewusteloos
Hoe meer bloedverlies, hoe meer compensatie verschijnselen er optreden. Op een gegeven moment decompenseert het geheel. De tactische situatie is dynamisch en onvoorspelbaar. Vaak is er al een noodverplaatsing gedaan naar een veiligere omgeving en is er al enige tijd verstreken sinds het incident plaats vond. Ga jij dan aan de slag dan mis je hoeveel bloed er al verloren gegaan is op de plaats incident.
Dikke lagen kleding en soms gebrek aan voldoende licht maken beoordeling nog eens extra moeilijk.
Zit het slachtoffer net op de overgang van gecompenseerde naar gedecompenseerde hypovolemische shock of bloed een wond niet meer zo hevig omdat de bloeddruk al enorm gedaald is?
In principe is het doel van de eerste C van het CABCD en de M van MARCH hetzelfde. Op dit moment beperken beiden zich tot externe bloedingen die kunnen leiden tot levensbedreigende situaties.
A: Airway
In de civiele versies van het CABCD wordt de A gecombineerd met Cervicale Wervelkolom immobilisatie indien de situatie daartoe aanleiding geeft. In niet veilige tactisch medische situaties bleek deze invulling meer gevaar op te leveren dan winst en vandaar dat er al anders mee werd omgegaan dan civiel het geval was (al sinds 2004 in geval van militaire medics). In geval van penetrerend letsel werd de cervicale wervelkolom in tactisch medische situaties niet geïmmobiliseerd en in geval van stomp hoogenergetisch letsel alleen indien de risico’s die dat met zich mee brengt niet groter zijn dan de voordelen (bijvoorbeeld indien er sprake is van effectief vijandelijk vuur). In de TCCC guidelines 2020 staat bij de A alleen:
“Cervical Spine stabilization is not necessary for casualties who have sustained only penetrating trauma” en in de presentatie Care under Fire wordt benoemd dat alleen bij hoog energetisch stomp trauma met mogelijk CWK letsel rekening wordt gehouden indien het gevaar van vijandelijk vuur niet groter is dan de mogelijke voordelen die wervelkolom stabilisatie oplevert.
B van Breathing versus R van Respiration
De B van breathing is de R van respiration geworden, echter inhoudelijk is er nauwelijks sprake van verschillen.
C van Circulation
De C staat bij allebei nog voor circulation. Zowel in TCCC als in eerdere Nederlandse militaire tactisch medische opleidingen wordt hierin gekeken naar inwendige bloedingen, controle eerdere bloedstelpende maatregelen en shock kenmerken.
D van Disability versus de H van Hypothermia (met of zonder Headinjury?)
De D van disability (beperking), hetgeen ik altijd al een vreemde eend in de bijt vond, is geworden tot de H van Head/Hypothermia, Hypothermia/Head of alleen Hypothermia.
De D van Disability richtte zich op het zoeken naar aanwijzingen voor mogelijk schedelhersenletsel en eventueel hoge dwarslaesie. Hier zie je een verandering bij MARCH. Binnen de TCCC wordt er verschillend invulling gegeven aan de betekenis van de letter H van het MARCH acroniem.
Soms staat de H alleen voor Hypothermia en in andere documenten staat de H voor Hypothermia/Headinjury. In het Tactical Field Care protocol (Guidelines TCCC 2020) wordt niets beschreven over het opsporen van matig/ernstig TBI. Echter matig/ ernstig TBI blijkt wel een indicatie tot snelle evacuatie binnen de TCCC doctrine.
In de communicatie wordt binnen TCCC van de firstresponder onder andere het volgende verwacht:
“Provide leadership with casualty status and evacuation requirements to assist with coordination and evacuation assets”.
Één acroniem voor al het handelen vanaf moment incident?
Het komt er wat mij betreft op neer dat we het acroniem veranderd hebben van CABCD naar MARCH om zo synchroon te lopen met de terminologie uit de overal geaccepteerde Tactical Combat Casualty Care (TCCC) doctrine. Inhoudelijk leidt dat niet tot schokkende veranderingen van de gestructureerde methode waarbij in volgorde van prioriteit gezocht wordt naar levensbedreigende letsels en aansluitend direct levensverlengend/reddend gehandeld wordt indien mogelijk.
Beiden acroniemen zijn gebaseerd op het “treat first what kills first” principe en dat betreft alleen de medische situatie. Helaas heeft de medische situatie een oorzaak en die oorzaak is een vorm van geweld. De situatie kan nog onveilig zijn en dat maakt dat er een doctrine aan toegevoegd is, waarmee het prehospitale zorgcontinuum verdeeld wordt in drie delen: Care under Fire, Tactical Field Care en Tactical Evacuation Care. Bij Care under Fire is er per definitie sprake van “effectief vijandelijk vuur”. Wat er in die situatie overblijft aan levensreddend handelen is de vraag. Het is ook zo dat zowel de veiligheidssituatie als de medische situatie snel in de loop van de tijd kunnen veranderen, zowel ten positieve als ten negatieve. Wat nu veilig is, kan een moment later levensbedreigend worden en een medische situatie die nu stabiel lijkt, kan een moment later snel verslechteren.
In het Hartford THREAT acroniem zitten veiligheid en medische urgentie wel verweven. Wat hier mist is Threat recognition, hypothermie preventie en het optimaliseren van de ademhaling. THREAT staat voor: Threat Suppression, Hemorrhage Control, Rapid Extrication to safety, Assessment by medical Providers en Transport to definitive care.
Conclusie
Mijn conclusie is dat het belangrijk is dat we nationaal en internationaal dezelfde taal spreken. De verdienste van TCCC zit hem echter niet in de verandering van het acroniem maar in de inhoud. De afgelopen decennia hebben veel mensen het CABCD acroniem veelvuldig toegepast en om nu te zeggen dat dit verouderd is gaat wat ver. Het bewustzijn dat de nieuwere generatie MARCH hanteert hoeft niet tot problemen te leiden.
Het gehanteerde acroniem is het minst belangrijk. Als er maar duidelijkheid en consensus bestaat over de inhoud. Wat moet je doen en in welke volgorde doe je dat? Dat hypothermie preventie zichtbaar is opgenomen in het acroniem is een goede ontwikkeling. Voor civiele firstresponders volstaat in veel gevallen het THREAT acroniem. Voor firstresponders die ook een rol hebben nadat het directe gevaar is geweken, omdat professionele medische hulpverleners de situatie nog niet kunnen overnemen is een wat uitgebreider protocol gerechtvaardigd, mits er tijd genoeg is om hierin voldoende bekwaamd te worden. Duidelijkheid over evacuatie urgentie categorieën zou een goede aanvulling zijn en de vraag is hoe slachtoffers met matig/ernstig traumatisch hersenletsel herkend worden wanneer een protocol aangeleerd wordt dat niet voorziet in diagnostische waarnemingen die aanwijzingen opleveren dat er mogelijk sprake is van dit type letsel?
Of er in de toekomst vaardigheden meer naar voren verplaatst gaan worden in tactisch medische richtlijnen hangt af van de behandelmogelijkheden die een firstresponder tot zijn beschikking heeft, de kwaliteit van opleiding en training, bestaande regelgeving en nieuwe inzichten die wetenschappelijk onderzoek en data uit het veld ons verschaffen.
Binnenkort meer over de Tactical Combat Casualty Care doctrine in een artikel