Als een student heeft getoond om vaardigheden goed uit te voeren in een niet-stressvolle omgeving, hoe weten we dan of die vaardigheden op dezelfde manier kunnen worden uitgevoerd in een realistische hoog stress omgeving?
Dit is de cruciale vraag als het gaat om operationele gereedheid voor beroepen met hoog risico, maar ook als het gaat om high elite performers zoals topsporters, artiesten, piloten en bijvoorbeeld CEO’s, die onder hoge druk moeten presteren.
Zoals een professional het verwoordde:
”hoe vaardig je uiteindelijk bent wordt alleen duidelijk na het meemaken van een real live ervaring, waarbij er met scherp op je wordt geschoten”.
Wat voor de eerste inzet belangrijk is om te weten, is hoe gepresteerd wordt wanneer er daadwerkelijk sprake is van stress, angst en wat de gevolgen daarvan zijn op fysieke vaardigheden, situatie bewustzijn, besluitvorming vaardigheden en communicatieve vaardigheden? Alleen dan wordt duidelijk hoe individuen presteren als nood aan de man is.
Door onder (hoge) stress ervaring op te doen in voor het beroep realistische situaties ervaart het individu hoe hij/zij reageert op angst en bijbehorende omstandigheden, leert hij/zij de taak onder relevante omstandigheden uit te voeren en leer hij/zij om de aandacht te blijven richten op de taakuitvoering wanneer hij/zij onder hoge psychische druk moet presteren.
Vandaag de dag is er meer aandacht voor de vraag hoe deze “high elite performers” zo goed mogelijk voorbereid kunnen worden op hun taakuitvoering. Het is natuurlijk onmogelijk om de realiteit na te bootsen, inclusief de ervaren dreiging en emoties. Wat natuurlijk ook ongewenst is, is dat er negatieve emotionele ervaringen worden opgedaan, die als een emotionele (impliciete) herinnering worden opgeslagen in het emotionele geheugen, iets waar de cursist nog lang last van kan hebben en wat een negatieve invloed heeft op zijn/haar zelfvertrouwen en taakuitvoering.
Het lijkt er soms op dat opleiden voor handelen in noodsituaties vaak niet in de buurt komt van het beoogde doel. Vaak is er sprake van korte opleidingstrajecten waarbij veel expliciete kennis wordt aangeboden en beperkt ruimte is om nieuwe vaardigheden te beoefenen. Daarna is vanzelfsprekend nog een leertraject nodig om tot het beoogde vaardigheidsniveau te komen. Helaas ontbreekt het vaak aan zo’n vervolgtraject.
Realistisch opleiden en trainen vergt kennis, tijd, geld en middelen en daar zit de bottleneck. Al hebben onderzoekers van de Vrije Universiteit aangetoond dat ook met relatief korte opleidingstrajecten, doelen bereikt kunnen worden.
Afstemmen van de trainingsmomenten op de vaardigheden is gedurende het hele opleidingstraject essentieel. Zorg wel dat de oefenmomenten realistisch zijn voor het werk waarvoor de cursist wordt opgeleid. Is het onvoorstelbaar dat de cursist in het donker of in de koude zijn taak moet doen, besteed hier dan ook geen kostbare tijd aan. Is er altijd tijd om na te denken over je acties, dan is automatiseren misschien onnodig en voldoet het vaardigheidsniveau bewust bekwaam.
Reality Based Training
Er is veel onderzoek gedaan naar effect van reality based training. Een resultaat daarvan is erkenning van het belang van de omgeving waarin de ervaring wordt opgedaan. Wat er in reality based training gedaan wordt is het nabootsen van
vier situatie factoren
die men ook wel aanduidt als de “four fidelities”. Fidelity duidt erop hoe dicht het scenario de realistische wereld/ werkelijkheid benadert. De vier onderdelen daarvan zijn:
Physical fidelity (fysieke omgeving): hoe dicht komt de fysieke omgeving waarin we oefenen bij de realiteit? Is wat we zien, horen, ruiken, proeven en voelen representatief voor de realiteit? Neem als voorbeeld het aanhouden van een voertuig Is er sprake van representatieve voertuigen, verbindingsmiddelen, realistische rolspelers, etc?. Train in een realistische omgeving, met realistische middelen. In een vechtsport kan je de omgeving makkelijk namaken. Alle factoren zijn bekend (ring, handschoenen, publiek, etc) In een situatie op straat is dat een stuk moeilijker te definiëren.
Physiological fidelity (fysiologische factoren): zijn de fysiologische toestand van de cursist en de rolspeler realistisch in het trainingsscenario? Neem als voorbeeld de aanhouding van een uit zijn voertuig vluchtende verdachte. Na een sprint moet de cursist in staat zijn om de verdachte te overmeesteren.
Psychological fidelity (psychologische factoren): Is er sprake van een stressvolle situatie? Dan probeer je die stressvolle situatie te imiteren zodat de cursist leert hoe hier mee om te gaan. Wat gaat er om in het brein. Is er sprake van acute stress op moment dat ze een vaardigheid moeten uitvoeren, dan is doel van reality based training om de individu in die stresssituatie te brengen, zodat hij/zij hiermee leert omgaan en technieken aanleert om onder die stress/angst zo goed mogelijk te blijven functioneren.
Contextual fidelity
(de context waarin de gebeurtenis plaats vindt). We kunnen de omgeving hetzelfde laten, maar de context veranderen. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld dat je de verdachte herkent of dat je informatie doorkrijgt dat de verdachte suïcidaal is. (extra informatie over de verdachte, maar bijvoorbeeld ook wat zich net allemaal heeft afgespeeld voor het voorval. Heb je slecht geslapen, was je net aan het ontspannen, etc)
Reality Based training is niet geschikt om psychomotorische vaardigheden te automatiseren en te verfijnen. (dat doel je al in skillstraining) Het is bedoelt om te leren presteren in hoog stress (hoge druk/ spanning) omstandigheden: ervaren wat dit met je doet, welke emoties er optreden en hoe dit alles van invloed is op je denken, voelen en gedrag en dus je prestaties. Je leert hoe het is om te moeten presteren in (levens) bedreigende situaties en leert methodes om hiermee om te gaan. Afstemming van de uitdaging op de vaardigheden van de cursist is essentieel, zodat er geen negatieve emotionele ervaringen ontstaan, met alle gevolgen van dien. Doel is om te komen tot succeservaringen, verbetering van het zelfvertrouwen en dus de competentie verwachting (self-efficacy).
Fysiologische factor
Verwar niet een
hartslagversnelling
veroorzaakt door
inspanning, met een
hartslagversnelling veroorzaakt door een
dreiging perceptie
met als gevolg een Fight/Flight/Freeze reactie. Bij allebei heb je een verhoogde hartslag, maar bij hormonaal geïnduceerde stress (psychologische) treden er ook allerlei veranderingen op in de hersenen (cognitie, aandachtcontrole) die invloed hebben op functioneren.
Vandaar dat ze onderscheiden worden. Het is dus niet slecht om wat push ups te doen voordat je gaat schieten, want in de echte wereld kan je ook in een situatie komen waarin je moet schieten direct na een lichamelijke inspanning (fysiologische fidelity).
Veiligheid versus Realisme
In reality based training maak je altijd een afweging tussen realisme en risico’s. Deze balans speelt altijd een hoofdrol. De beste situaties zijn diegene die je kan generaliseren naar andere realistische situaties. Doel is experimenteel leren/ ervaringsleren om zo de ervaringsrugzak te vullen met voor jouw werk realistische ervaringen.
Sommige diensten gaan voor de meest veilige training, die ten koste gaat van realisme. Zonder te weten of de cursist goed functioneert in hoog stress situaties en zonder de cursist hiermee ervaring te laten opdoen wordt een cursist dan operationeel vaardig verklaard. Het opleiden en trainen zonder het nemen van acceptabele risico’s kan dan leiden tot het blootstellen van slecht voorbereide individuen aan grote risico’s in de operationele setting, waarbij de kans op verlies van controle op de situatie, stress en later PTSS op de loer liggen.
“Be uncomfortable in training, not on call outs”
Vergelijk eens met sport: een vechtsporter komt wel eens thuis met wat blauwe plekken, maar het is niet de bedoeling dat hij/zij bij een training knock-out wordt geslagen. Komt hij/zij slecht voorbereid in de ring en verliest hij/zij controle op de situatie, dan valt hij/zij terug op de kwaliteit van opleiding en training.
When you’re under pressure, you don’t rise to the occasion, you sink to your level of training.
Welke vaardigheden heb je nodig om met stress situaties om te gaan?
- Stress mitigatie (verlagen van de stress). We kunnen niet van stress afkomen, maar we kunnen het proberen te verlagen, zodat de negatieve effecten op prestaties verminderen.
- Is er geen tijd om met alle stressoren om te gaan (overvallen door situatie, nabijheid gevaar) en er is sprake van een schrikreactie (Flinch). We accepteren de stress als startpunt*
- Overlearning benadering. Hierbij trainen we tot op onbewust bekwaam niveau.
Overlearning
maakt je onbewust bekwaam in vaardigheden, echter de vraag die daarbij opkomt, is wat het voordeel is van onbewust bekwaam worden.
Wanneer je onbewust bekwaam bent, hoef je niet langer je werkgeheugen te vullen met gedachten over hoe een vaardigheid uit te voeren. Wanneer het werkgeheugen relatief vrij is, dan kan de capaciteit gebruikt worden voor
besluitvorming
en
situatie bewustzijn.
Vraag die een ieder zichzelf kan stellen is: “ben ik voor mijn gevoel goed voorbereid op het leveren van topprestaties in hoog stress situaties, die bij het uitvoeren van mijn werkzaamheden kunnen optreden?”
Wij pleiten ervoor om in de opleiding van alle high elite performers de drie fasen van stress inoculatie training op te nemen.
1.
Je leert wat je kan verwachten wanneer je in een hoog stress situatie terecht komt. Wat voor veranderingen treden op in je lichaam, je cognitie, je aandachtsturing en je bewuste informatieverwerking?
2.
Welke vaardigheden kan je toepassen om in stressvolle situaties goed te blijven presteren/ functioneren?
3.
In het praktijk onderwijs, langzaam maar zeker stress/ spanning opbouwen, welke steeds past bij het vaardigheidsniveau van de cursist op dat moment. Doel is opbouwen van zelfvertrouwen en self-efficacy.
Wij hadden zelf graag eerder in onze loopbaan wat meer geleerd over de werking van ons eigen informatieverwerkingssysteem en aansturing systeem, ons brein en vooral hoe dat brein functioneert onder hoge druk/spanning/stress.
Tips:
Zorg altijd voor een optimale fysieke en mentale conditie
Stem je takenpakket af op de mogelijkheden (tijd, geld, middelen) die er zijn om het vereiste bekwaamheidsniveau te behalen. Minder tijd, geld en middelen leidt tot minder taken in het takenpakket. Voorkom “task overload”!
Denk zeer goed na over hoe je de meestal beperkte opleidingstijd en middelen aanwendt voor opleiding en training.
Doel is individuen voorbereiden op de klus die ze te wachten staat, niet om het zetten van een vinkje zodat je aan je verplichtingen hebt voldaan.
Werk aan zelfvertrouwen en self-efficacy.
Werk aan situatiebewustzijn, zodat je vaak proactief kan blijven, in plaats van het plotseling geconfronteerd worden met nabij gevaar, waarbij je (intuïtief) reactief moet reageren.
Vul je rugzak met ervaringen daar waar mogelijk voordat je start met je werkzaamheden.
*
Wat er in het brein gebeurt in reactieve bedreigende situaties is het volgende. Er is een directe dreiging, het visuele systeem pikt de informatie op en beoordeelt of er een potentiele dreiging is. Het stuurt direct een seintje naar de amygdala. Het kan er later naast zitten, maar het signaal wordt in eerste instantie beoordeeld als een dreiging. De amygdala stuurt twee reacties aan:
1. Het zenuwstelsel (autonoom), de fight/flight/freeze reactie
2. We bewegen reflectief van de dreiging af
Beiden gebeuren automatisch en onbewust.